Lennik Burgemeester bestuurt als een goede huisvader
De totale (exploitatie) uitgaven werden in 2023 begroot op 17,5 mio €, de totale (exploitatie) ontvangsten uit o.m. belastingen, subsidies en andere financiering bedraagt 19,4mio€. Dat geeft een positief saldo, (zgn gecumuleerd budgettair resultaat) van 2 107 211 euro. Dit cijfer geeft aan hoe groot de financiële buffer van het lokaal bestuur Lennik is.
Het lokaal bestuur Lennik financiert het grootste deel van haar werkingsbudget uit de gemeentelijke belastingen: dit gaat in Lennik vooral over de personenbelasting en de onroerende voorheffing: deze bedraagt resp. 6,6mio € en 3,0mio€ in 2023. Een andere belangrijke bron van financiering betreffen de subsidies, met o.m. het gemeentefonds als belangrijkste basisfinanciering. De ontvangsten uit het gemeentefonds van de Vlaamse overheid zijn relatief laag, het gaat in totaal over 2,4mio€. Dit komt op ong. 220€/inwoner. Het gemiddelde voor de provincie is echter al 292€/inwoner. Dat betekent dat Lennik het met relatief minder middelen moet doen van andere overheden en meer op zichzelf is aangewezen voor haar uitgaven te bekostigen. Er is een enorm verschil per inwoner met vele andere, grotere gemeenten. Dit heeft te maken met de criteria die men in Vlaanderen vooropstelt, en dit benadeelt sterk de kleine en landelijke gemeenten. Ter vergelijking: Antwerpen en Gent ontvangen 6x meer per inwoner uit het gemeentefonds.
De totale belastingdruk is lager dan gemiddeld in Vlaanderen.
Zoals je in het overzicht hieronder ziet, heeft de gemeente bijna geen andere eigen belastingen, daar waar in de meeste gemeenten vele soorten belastingen bestaan zoals een ‘algemene gemeentebelasting’, een bedrijfsbelasting (vb. drijfkracht), een milieubelasting, belastingen op bouwen of niet-bebouwde gronden, enz. Dit heeft Lennik in het verleden echter allemaal afgebouwd. De inkomsten hiervan zijn vandaag dan ook beperkt. De uitzonderingen zijn vnl. ongeadresseerd reclamedrukwerk, belasting op 2de verblijven en leegstand.
Doordat we in Lennik quasi geen andere lokale belastingen heffen, zorgt dat ervoor dat de totale fiscale druk van Lennik lager is dan in de gemeenten van een vergelijkbare cluster.
De totale fiscale druk Lennik = 88 (bron/financieel profiel Belfius) . Dit is beduidend lager dan de gem fiscale van alle gemeenten in het Vlaams Gewest (96). Ook in vergelijking met het gem. op niveau van de provincie (89) ligt de fiscale druk in Lennik lager. Kortom het is belangrijk om appelen met appelen te vergelijken.
Uitgedrukt in kost/inwoner geeft dit het volgende beeld
Lennik heeft een schuld van 1105€/inwoner. Ter vergelijking: in Gooik bedraagt dit 1200/inw, in Ternat: 1380/inw, in Dilbeek 531€/inw.
Ook dit cijfer moet toegelicht worden: veel hangt natuurlijk af van hoeveel de gemeenten de laatste jaren geïnvesteerd hebben in hun patrimonium en dat was in Lennik de voorbije jaren enorm hoog met de riolering en de fietspaden in de Schapenstraat, de renovatie van het gemeentehuis, de feestzaal Jo Baetens, de bouw van de gemeenteschool, de synthetische voetbalvelden in Sint -Martens-Lennik, de aankoop van het rijkswachtgebouw en de investeringen in de wegen. In totaal bedroeg dit voor de periode 2019-2023 26.116.960,91€. Die uitgaven worden ook voor een deel gecompenseerd door subsidies, dat zijn de zgn - investeringsontvangsten t.b.v. 11 671 460,49 euro.
De huidige totale schuld (toestand dec 2023) bedraagt 10 426 330 euro. Deze schuld zal op resp. korte termijn (eind 2029) fors worden afgebouwd tot een bedrag van 5 788 812 euro. De aflossingen en intresten vertonen eenzelfde evolutie en evolueren van een bedrag van 1 207 524 euro naar 728 143 euro. Dit creëert beleidsruimte voor de volgende legislatuur. De evolutie van de totale schuld (nieuwe leningen) zal verder uiteraard afhankelijk zijn van de investeringsdynamiek in de komende jaren.
De schuld die is opgebouwd, is ook gedeeltelijk opgebouwd met de schuld uit het verleden. Dit bestuur heeft haar huiswerk gemaakt, en in 2019 een groot gedeelte van de leningen herschikt naar aanleiding van de interessante intrestvoeten en zo kan de leninglast in de volgende legislatuur flink dalen door aflossingen en interesten af te bouwen.
Er is met andere woorden als een goede huisvader omgegaan met de middelen van de Lennikenaar. We hebben én geïnvesteerd en we bouwen de leninglast verder af in de volgende legislatuur.
