Uit cijfers van het Jeugdonderzoeksplatform (JOP) blijkt een verontrustende evolutie: steeds meer Vlaamse jongeren vinden geweld tegen homo’s aanvaardbaar, en sommigen pleiten zelfs voor de afschaffing van het burgerlijk huwelijk voor koppels van hetzelfde geslacht. In 2023 gaven jongeren zichzelf gemiddeld een 3,2 op 10 op de homofobieschaal, een duidelijke stijging ten opzichte van 2,04 in 2018.
Die terugval in tolerantie is zichtbaar over de hele lijn. Jongens én meisjes, gelovigen én niet-gelovigen, leerlingen uit zowel doorstroom- als arbeidsmarktgerichte richtingen: allemaal zijn ze de afgelopen vijf jaar gemiddeld meer homofoob geworden. Opvallend is dat één op de vijf jongeren het volledig eens is met de stelling dat geweld tegen homo’s aanvaardbaar is, een cijfer dat zonder meer alarmerend is.
Twee groepen springen er negatief uit: jongens en leerlingen uit de arbeidsmarktgerichte finaliteit tonen de sterkste toename in homofobe opvattingen. Toch is enige nuance op zijn plaats: gemiddeld bevinden Vlaamse jongeren zich nog steeds aan de meer tolerante kant van het spectrum. Maar de richting waarin deze evolutie zich ontwikkelt, stemt tot ernstige bezorgdheid.
Deze cijfers leggen een pijnlijk spanningsveld bloot. Ze tonen aan dat vooroordelen en vijandigheid tegenover de LGBTQIA+-gemeenschap hardnekkig blijven bestaan — zelfs, of misschien net vooral, onder jongeren. Dit vraagt om structurele, brede actie: op school, in het gezin, en via beleid.
Ik legde deze cijfers voor aan Rob Beenders, minister van Gelijke Kansen, en vroeg hem welke concrete stappen hij zal ondernemen om juist die groepen te bereiken waar de houding het sterkst verslechtert. Want laat ons daar duidelijk over zijn: in een inclusieve samenleving is er geen plaats voor haat, geweld of discriminatie. Nu is het moment om in te grijpen en om duidelijk te maken dat gelijkheid en respect geen onderhandelbare waarden zijn.
