Aanval op farmasector is nefast voor de patiënt én de innovatie in ons land

Ons land is een absolute wereldspeler op vlak van farmaceutische innovatie en ontwikkeling. Een dergelijke positie komt niet uit de lucht gevallen. Dat is het gevolg van een  jarenlange traditie van doorgedreven samenwerking tussen bedrijven, academici, onderzoeksinstellingen en de overheid. De patiënt vaart er wel bij. Toch zag minister Vandenbroucke zijn kans schoon om na de artsen nu de  farmasector onder de bus te gooien. Dat is bijzonder kwalijk én contraproductief, aldus Kamerlid Irina De Knop (Open Vld).

Dat Vandenbroucke er genoegen in lijkt te scheppen om de actoren in onze gezondheidszorg tegen zich in het harnas te jagen is geen nieuws. Hij doet aan politiek vanuit zijn grote gelijk en wie niet meewil, heeft het niet gesnapt of is van slechte wil.

Vorige week kwam de minister met een nieuw besparingsplan voor de farmasector.

Vanaf 1 januari wil hij via een lineaire prijsdaling van geneesmiddelen 80 miljoen euro wegsnijden uit de inkomsten van farmaceutische bedrijven. Dat bedrag op zich is niet het probleem: de sector had zich bereid getoond om een bijdrage te leveren en stond niet weigerachtig tegenover een akkoord. Wat wél stoort, is de manier waarop de minister dit aanpakt: zonder overleg, via een eenzijdige ingreep en met een framing die de farmabedrijven lijnrecht tegenover de patiënt plaatst. Dat is een valse tegenstelling die geen recht doet aan de realiteit en de waarde van de sector voor onze gezondheidszorg.

Die gezondheidszorg kost in ons land jaarlijks bijna 40 miljard euro. Het grootste deel daarvan gaat naar ziekenhuizen en langdurige zorg, terwijl geneesmiddelen slechts een kleine 17 procent van het geheel vertegenwoordigen. De farma is dus niet de grote slokop van het budget. En toch focust de minister keer op keer zijn pijlen op die sector, alsof zij de oorzaak zou zijn van alle budgettaire problemen. Het resultaat is een karikatuur die voorbijgaat aan de realiteit en aan de meerwaarde die de farmaceutische industrie vandaag én morgen biedt aan onze samenleving.

Die meerwaarde is niet te overschatten. Ons land staat aan de top op het vlak van farmaceutische innovatie. Heel wat nieuwe geneesmiddelen worden ontwikkeld en getest,  vaccins worden ontwikkeld, geproduceerd en geëxporteerd. Heel wat patiënten krijgen via de vele klinische studies  sneller toegang tot experimentele therapieën. Dat is een troef die we moeten koesteren.

Maar met steeds nieuwe prijsdalingen en onvoorspelbare terugbetalingsprocedures jaagt de regering bedrijven weg. Steeds vaker zien we dat moederbedrijven investeringen voor de ontwikkeling van innovatieve geneesmiddelen verplaatsen naar andere landen waar de voorwaarden gunstiger zijn. Sommige geneesmiddelen die in België zijn ontwikkeld, komen sneller op de markt in het buitenland dan hier. Dat is de wereld op zijn kop en het is de patiënt die uiteindelijk de prijs betaalt:  hij heeft minder toegang tot innovatieve behandelingen en wordt geconfronteerd met langere wachttijden. Het is een highway naar een gezondheidszorg die steeds meer tweesnelheden kent. En België op zijn best: de minister wil de bruto-omzet van de farma belasten. Ook het deel dat de sector dus terugstort aan het RIZIV.

En dan hebben we het nog niet over de economische fall-out. De farmasector stelt in België meer dan veertigduizend mensen rechtstreeks te werk, en nog eens tienduizenden indirect. Het gaat vaak om hooggekwalificeerde jobs met grote toegevoegde waarde, maar ook om werkgelegenheid in ondersteunende sectoren zoals transport en logistiek. Denk maar aan de covid-vaccins die vanuit onze luchthaven naar de hele wereld werden uitgevoerd.

Als we doorgaan met het huidige beleid, riskeren we tegen 2029 geen “farma valley” meer te zijn, maar een “farma desert”. Onze buurlanden die maar al te graag bedrijven aantrekken, zien het graag gebeuren.

Het is bijzonder jammer dat onze gezondheidszorg is verworden tot een strijdtoneel waarin de minister telkens opnieuw actoren tegen elkaar uitspeelt. Gezondheidszorg is teamwork. Artsen, verpleegkundigen, onderzoekers, farmabedrijven en overheid zijn onmisbare schakels in hetzelfde systeem. Alleen als we hen als partners beschouwen, kunnen we een duurzame en kwaliteitsvolle zorg blijven waarborgen.

Van mediatiek gerommel in de marge wordt niemand beter. Met de vaststelling van het IMF dat onze zorg 20 tot 30% goedkoper kan voor dezelfde kwaliteit is tot dusver helemaal niks gedaan. De conclusie na 5 jaar VDB op Volksgezondheid: veel analyses, weinig doortastend beleid. Als ik afga op de houding van meerderheidspartijen MR en NV-A in de Kamercommissie Gezondheid delen ze die analyse maar ze blijven uiteraard met lange tanden formeel achter de minister staan. Tijd dat ze hun tanden tonen om het beleid op gezondheidszorg mee de juiste richting in te sturen.

Meest Recente Posts

Blijf of de hoogte!

Schrijf je in voor mijn nieuwsbrief

blog

In de kijker

Brusselse werkzoekenden kiezen zelf of ze job aanvaarden in Vlaams-Brabant: dit moet veranderen!
Technische dienst Lennik verhuist naar gebouw van De Watergroep in Eizeringen
Lennik verbruikt 36% minder gas door energiebesparende maatregelen

contact

Hoe kan ik je helpen?

Heb je vragen, opmerkingen of suggesties? Contacteer mij gerust.