Lennik herdenkt 11 november: stilstaan bij vrede, toen en nu
Op 11 november stonden we in Lennik opnieuw stil bij het einde van de Eerste Wereldoorlog en bij alle mannen en vrouwen die hun leven gaven voor vrede. De littekens van oorlog verdwijnen nooit helemaal, noch bij de generatie die het meemaakte, noch bij de generaties daarna.
In mijn toespraak stond één gedachte centraal: dat menselijkheid het laatste wapen is tegen verbittering en haat.
We kunnen het verleden niet uitwissen, maar we kunnen wel kiezen voor verzoening, voor vergeving en voor verbondenheid.
Hartelijk dank aan iedereen die aanwezig was bij de plechtigheden, bloemenhuldes en herdenkingsmomenten, en aan allen die deze momenten mee mogelijk hebben gemaakt.
Lees hier mijn volledige speech
Een half miljoen langdurig zieken: het beleid moet kantelen
Woensdag 12 november hadden we in de Commissie Sociale Zaken een uitgebreid actualiteitsdebat over langdurig zieken. Ik stelde daar zeven vragen aan minister Vandenbroucke. De aanleiding was onder andere de reportage van Christophe Deborsu over de werkloosheid in Wallonië, die pijnlijk blootlegt hoe een gebrekkig systeem mensen te gemakkelijk van het ene statuut in het andere duwt.
Een belangrijk punt dat vaak onderbelicht blijft is dat werkloosheid en langdurige ziekte communicerende vaten zijn. Wie in een strenger werkloosheidsbeleid zijn uitkering verliest, komt te vaak terecht in de ziekteverzekering — niet altijd omdat men ziek is, maar omdat dat systeem soepeler en minder consequent wordt opgevolgd. Arbeidseconoom Stijn Baert toonde recent hoe hervormingen in het werkloosheidsstelsel, zonder parallelle hervormingen in de ziekteverzekering, vooral leiden tot een verschuiving van mensen tussen systemen. Het resultaat is niet minder, maar net méér langdurig zieken.
Als we de ziekteverzekering niet hervormen, zal elke verstrenging in de werkloosheid automatisch leiden tot een verdere stijging van het aantal langdurig zieken. Daarom is het cruciaal dat we beleid voeren dat deze doorschuifmechanismen stopt en mee helpt om de stijgende tendens eindelijk te doen keren.
De cijfers zijn alarmerend. De uitgaven voor invaliditeit stijgen van 6,9 miljard euro in 2020 naar 11,1 miljard euro in 2025, een toename van 55%. Van de 4,1 miljard euro extra is 1,6 miljard euro — bijna 40% — louter het gevolg van het groeiende aantal invaliden. Als de huidige trend doorzet, evolueren we richting 580.000 langdurig zieken in 2025.
Daarbovenop toont een recente RIZIV-steekproef hoe ernstig de structurele fouten zijn:
- bij 27% van de levenslang erkende invaliden werd de uitkering volledig stopgezet,
- slechts 16,7% had terecht een erkenning tot aan de pensioenleeftijd.
Dit zijn geen details, dit zijn problemen in de kern van het systeem.
Toch kondigt de minister telkens nieuwe “golven van maatregelen” aan, terwijl het beleid zelf steeds complexer en rommeliger wordt. Artsen moeten meer verantwoording afleggen, werkgevers meer bijdragen, mutualiteiten strenger opvolgen — terwijl de overheid zelf haar basiswerk niet op orde heeft. En precies daar wringt het schoentje. We stapelen momenteel alleen maar plannen op een fundament dat niet werkt.
Daarom is de huidige ambitie van de minister simpelweg te laag.
Wie zegt dat hij “de groei van het aantal langdurig zieken wil afremmen”, aanvaardt eigenlijk dat het probleem blijft groeien, alleen wat trager.
Maar België heeft geen trager groeiend probleem nodig. België heeft een krimpend aantal langdurig zieken nodig.
Dat kan alleen als de overheid eerst haar eigen huis op orde zet. Pas wanneer de basisprocessen kloppen en de structurele fouten uit het systeem zijn gehaald, kan er gesproken worden over bijkomende verantwoordelijkheden voor artsen of werkgevers.
Bekijk hier mijn tussenkomst.
Audit FAGG legt ernstige tekortkomingen bloot: interpellatie aan de minister
Woensdagvoormiddag interpelleerde ik minister Vandenbroucke over de verontrustende audit bij het Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten (FAGG). De audit van de Federale Interne Auditdienst legt namelijk structurele en ernstige tekortkomingen bloot in een agentschap dat nochtans een cruciale rol speelt in de veiligheid en kwaliteit van geneesmiddelen in ons land.
Uit het rapport blijkt dat inspecties niet risicogestuurd zijn, er geen duidelijk sanctiebeleid bestaat en incidenten niet systematisch worden opgevolgd. Ook de interne organisatie blijkt onvoldoende te functioneren om haar taken degelijk en consistent uit te voeren. Het gaat hier dus niet om kleine procedurefouten, maar om fundamentele zwaktes in het toezicht op een essentiële schakel binnen onze gezondheidszorg.
Wat de situatie nog problematischer maakt, is dat het parlement de documenten pas te zien kreeg ná de voorstelling van de audit — ondanks eerdere beloften van “volledige transparantie”. Dat is niet alleen verkeerd in aanpak, het ondermijnt ook het vertrouwen dat het parlement moet kunnen hebben in de informatie die wordt gedeeld.
Ik heb de minister dan ook duidelijk gemaakt dat hij dit niet kan afschuiven op de administratie. Hij is intussen vijf jaar bevoegd en draagt de politieke eindverantwoordelijkheid. De alarmbellen gingen bovendien al in 2023 af, en toch kwam er pas beweging nadat het parlement bleef aandringen.
Dit gaat niet over ethische debatten of anonieme procedures. Dit gaat over het falen van toezicht binnen een agentschap dat absoluut betrouwbaar moet zijn. De problemen zijn te ernstig om weg te wuiven of te relativeren.
Bekijk hier mijn volledige interpellatie.
Op bezoek bij de Onafhankelijke Ziekenfondsen
Op vrijdag 14 november brachten we een bezoek aan de kantoren van de Onafhankelijke Ziekenfondsen in Anderlecht. Tijdens dit overleg kregen we een uitgebreid beeld van de uitdagingen binnen de arbeidsongeschiktheid, de werking van adviserend artsen en de opvolging van langdurig zieken.
We spraken onder meer over de evolutie van het aantal langdurig zieken, de rol van verschillende actoren in het re-integratieproces en de drempels die vandaag nog bestaan binnen de wetgeving en het administratieve kader. Ook digitalisering, administratieve vereenvoudiging en betere ondersteuning voor zowel patiënten als zorgverleners kwamen aan bod.
Het gesprek bood de kans om inzichten uit te wisselen en om beter te begrijpen waar de knelpunten in de praktijk liggen.
Bedankt voor de uitnodiging en het aangename gesprek!









